Gerecht ’t Goy en Houten

Gerecht 't Goy en Houten

Na het verdwijnen van het graafschap Opgooi in 1248,1 is er sprake van het gerechtsgebied van Ghiselbertus Ten Goye. Het gerecht van Ten Goye wordt in de 13e eeuw nog drie keer genoemd; in 1261, 1285 en 1288.2

Dit gerecht bevatte het grondgebied rond het huidige Houten en ’t Goy. De plaatsen Werkhoven, Wijk bij Duurstede Cothen en Odijk vallen daar niet onder. Ten Goye had hier geen bezittingen en in de praktijk er al zo’n honderd jaar niets meer te vertellen.3

Onderleen van Cuyk

Het gerecht van Ten Goye is sinds 1132 in onderleen van de Heren van Cuyk, die het gerecht weer op hun beurt in leen had van de bisschop in Utrecht.

De bisschop in Utrecht claimt vanaf 1305 de hogere rechtsmacht. De hogere en lagere rechtsmacht is in de praktijk in handen van Margriet van Goye en die gaf het weer door aan Gijsbert van Goye. Aan het eind van de eeuw wordt de hogere rechtsmacht nog steeds overgedragen aan de nieuwe gerechtseigenaren.

Onderleen van Holland

In 1327 verkoopt de heer van Cuyk het gerecht ’t Goy en Houten aan graaf Willem III van Holland. Het kasteel Ten Goye wordt in 1332/1333 ook opgedragen aan de Hollandse Graaf.

Gijsbert heeft een dochter en die trouwt halverwege de 14e eeuw met de heer van Vianen, waarna de Goyse bezittingen (kasteel en gerecht) via een huwelijk in Vianen komt. In 1397 gaat het gerecht ’t Goy over naar Willem van Abcoude. Na zijn dood in 1407 komt het gerecht ’t Goy terecht bij zijn neef Jacob van Gaasbeek. Nadat deze sterft op 6 februari 1459 valt het gerecht en Houten automatisch terug aan de bisschop van Utrecht.

Gerecht ’t Goy en de parochie Houten

In 1322 spreekt men in eerste instantie over het gerecht Houten en het gerecht ’t Goy. Ondanks de specifieke benoeming is het één gerechtsgebied. Omdat het zwaartepunt in ’t Goy ligt, heeft men het tot 1400 ook over het gerecht ’t Goy in de parochie Houten.4 Aan het eind van de middeleeuwen ontstaat de parochie ’t Goy, als afsplitsing van de Houtense parochie. Het gerecht ’t Goy en Houten blijft één geheel.

In 1528 komt de macht van de bisschop te vervallen. Stadhouder Antoon I van Lalaing neemt het bestuur over. Op 3 april 1530 krijgt het gerecht ’t Goy en Houten schepenrechtspraak. Naast de schout zijn er schepenen. Zowel in Houten als in ’t Goy is een schepenbank. In 1683 wordt er in ’t Goy recht gesproken in herberg de Laatste Stuiver.5

Verkoop aan Wulven

In 1581 het gerecht Houten en ’t Goy (de naamgeving wordt nu gewisseld) direct onder de Staten van Utrecht. In 1652 koopt Philibert van Tuyll van Serooskerke (ambachtsheer gerecht Wulven) stukken van het gerecht, zodat de waterhuishouding van Wulven kan worden verbeterd. Het betreft het grondgebied van de huidige buurten Poorten, Slagen, Campen, Gaarden (deels), Veste en Borchen.

In 1714 wordt het gerecht Houten en ’t Goy door de Staten van Utrecht geveild en verkocht voor 13.000 gulden aan Jasper van Lynden.6 Van Lynden woont in Zorgvliet en is al ambachtsheer van het gerecht Oud-Wulven en Waijen. In 1724 blijken er zeven schepenen in Houten te zijn. Na het overlijden van Van Lynden (ergens rond 1732) komt het gerecht in het bezit van de familie van der Capellen.

Uiteindelijk wordt Gerlach Theodorus van der Capellen eigenaar van het gerecht Houten en ’t Goy. Na zijn overlijden op 12 oktober 1805 komt in 1812 Houten in het bezit van zijn zwager baron Jacob Jan van Hangest d’Ivoy. Alleen is dan al de gemeente Houten ontstaan en heeft deze baron weinig te vertellen.

Grenzen gerecht 't Goy en Houten
De grenzen van het gerecht Houten en ’t Goy

Eigenaren gerecht Houten en ’t Goy

1136Geslacht ten Goye – in onderleen van Van Cuyk, in leen van de bisschop van Utrecht
1327Geslacht ten Goye – in onderleen van Holland, in leen van de bisschop van Utrecht
1340Geslacht van Vianen – in onderleen van Holland, in leen van de bisschop van Utrecht
1397Willem van Abcoude – in onderleen van Holland, in leen van de bisschop van Utrecht
1407Jacob van Gaasbeek – in onderleen van Holland, in leen van de bisschop van Utrecht
1459Bisschop van Utrecht
1530Staten van Utrecht, landsheerlijke tijd
1581Staten van Utrecht
1714Jaspar van Lynden
1732Alexander Hendrik van der Capellen
1740Evert Cornelis van der Capellen
1759Gerlach Theodorus van der Capellen

Schout van het gerecht ’t Goy en Houten

De eigenaar van het gerecht ’t Goy en Houten werd ondersteund door een schout en soms een rechter. Wie waren de schouten van het gerecht ’t Goy en Houten?


Noten

  1. Adel en ridderschap in Utrecht (2023) – Renger E. de Bruin. Dekker (1983) stelt dit voor 1245 gebeurde. ↩︎
  2. Het Kromme Rijngebied in de Middeleeuwen pagina, 482- Dr. C. Dekker (1983 ↩︎
  3. Het Kromme Rijngebied in de Middeleeuwen pagina, 385- Dr. C. Dekker (1983) ↩︎
  4. Het Kromme Rijngebied in de Middeleeuwen – Dr. C. Dekker (1983) ↩︎
  5. RAZU – toegang 61- inv 22, Regesten betreffende ’t Goy en Houten, 1600-1751 – M. Kemp  ↩︎
  6. Groot plakkaatboek slands van Utrecht – J. van de Water, C. W. Moorrees, P. J. Vermeulen ↩︎

Deze pagina is gewijzigd op 22 december 2024