Loerik

Het park in Loerik waar de Loericker hofstede wordt verwacht.
Onder het park ligt vermoedelijk de middeleeuwse Loericker hofstede

Loerik was een buurtschap ter hoogte van het huidige Loerikse Park. Het gebied was een hogere plek op de Houtense stroomrug en kent al 2600 jaar bewoning.

Vroege bewoning

In de Midden IJzertijd was er al bewoning in Loerik. De oudste sporen gaan terug tot de 6e eeuw voor Christus, nabij de huidige Heidetuin. Ten zuiden van Loerik is intensieve bewoning langs een restgeul van de Rijn en ten oosten eveneens. In het zuidelijke deel van Loerik neemt rond het jaar -200 de bevolking plotseling toe (bron). Mogelijk waren dit gezien de archeologische vondsten de Kelten die onze regio bereikten.

Na de Romeinse tijd vindt er ontvolking plaats in Houten. In Loerik blijft bewoning. Zo hebben archeologen sporen gevonden ter hoogte van de Heidetuin (250 – 900).

Bewoning in de vroege middeleeuwen is in Houten zeldzamer, dan in de vroeg romeinse tijd. Maar in Loerik zien we dan de bewoning toenemen. Bijvoorbeeld in de Bloesemtuin (500 – 700), Beusichemseweg en bij de Vlondertuin. Bij de opgravingen bij de Bloesemtuin zijn munten gevonden uit de periode 620 tot 630. Een teken dat door de bewoners handel werd gedreven.

Archeologisch onderzoek Loerik
Archeologisch onderzoek in Loerik (2001)

Nadat de Franken aan het begin van de 8e eeuw definitief de macht grijpen in het Kromme Rijngebied, kan de lokale agrarische economie zich ontwikkelen. Uit schriftelijke bronnen uit de negende eeuw weten we dat er rond het jaar 863 minimaal drie herenboerderijen in Loerik stonden, maar vermoedelijk waren dit er meer. Het bos verdwijnt en het land wordt verkaveld. De weg van Haltna naar Loerik (Loerikseweg) is een verkavelingsgrens.

Loericker Hofstede

Historici vermoeden dat er onder het aangelegde park de sporen van een Loericker Hofstede zijn te vinden. Rond zo’n hofstede stonden dan huisjes van onvrije of halfvrije boeren die bij deze hofstede werkten. Mogelijk heeft deze hofstede bestaan tussen de 10e en 13e eeuw. Archeologen vonden vooral sporen uit de periode 1100 tot 1350. Daarna stopte de intensieve bewoning van dit gebied (bron). De huisjes van alle boeren en de hofstede samen vormden het buurtschap Loerik.

Er blijkt in het jaar 1176 een Willem van Loerik alias Wilhelmus de Lureke te zijn, die bij een geschil aanwezig is en wordt genoemd als getuige. In 1218 wordt Frederik van Lorike als getuige genoemd en in 1219 bij de Utrechtse Balije. De rechtsmacht van het gebied lag bij de Heren Ten Goye.

Ergens in de 11e of 12e eeuw wordt de Leesloot gegraven. Wanneer dit gebeurde weet men niet, maar het was voordat de ontginningen in de komgronden aanvingen. Deze gaat deels door het zuiden van het Loerik en volgt een oude restgeul. De Loericker Hofstede verdwijnt rond 1250.

Loerik blijft altijd ondergeschikt aan het naastgelegen Haltna. De inwoners kerkten in Haltna, dat op 25 minuten lopen ligt. Loerik komt in de oudere bronnen voor onder de namen Lorek, Lorec, Lorech, Loriacum, Lorik, Lurich, Lureke en Lurk.

Geel: zandpad vanaf 1630, Blauw: Macadamweg vanaf 1840
1 = Dorpje Loerik uit de middeleeuwen, 2 = korenmolen Loerik

Het latere Loerik

Na het verdwijnen van de hofstede, blijft bewoning bestaan. In 1421 wordt het buurtschap geplunderd door Reinoud IV van Gelre. Het is waarschijnlijk dat alles is platgebrand, zoals ook in Houten gebeurde.

Rond 1450 verschijnt er lintbebouwing van boerderijen langs de Beusichemseweg (het huidige Staatsspoor en Smalspoor). Loerik valt in die tijd onder het gerecht ’t Goy. (Wonende in ’t Goy op Loerik – 1487). De doorgaande landroute van Utrecht naar Tiel loopt via het gehucht.

Vanaf 1594 verschijnt de Loerikse korenmolen aan de Molendijk (tegenwoordige Molenland). Ook worden er boerderijen gebouwd, waarvan een enkele tegenwoordig nog te zien is. Het zwaartepunt van het gehucht verplaatst zich daarmee zo’n 500 meter naar het noordwesten. De doorgaande route tussen Utrecht en Tiel wordt een zandpad en later een zandweg.

In 1840 wordt ten noorden van de zandweg een Macadamweg aangelegd. Het is een doorgaande weg van Utrecht naar Tiel. De twee scherpe bochten in de weg heet ‘De Kniphoek’. In het westen verschijnt in 1868 een spoorlijn. Dit is de verbinding van Utrecht naar ’s Hertogenbosch.

Loerik in 1855 met molen
Loerik in 1855 met molen, zandweg, Macadamweg en Leesloot.
JaarGebeurtenis
-600Eerste bewoningsporen
-200Ontstaan bewoning (Keltisch)
620Bewoners drijven handel
863Drie herenboerderijen
±1000Loericker Hofstede
1176Ministralen familie Van Loerik
1225Leesloot gegraven
±1250Verdwijnen Loericker Hofstede
±1400Lintbebouwing boerderijen
1421Plundering
1594Loerikse Korenmolen
±1600Boerderijen rond de molen
1997Nieuwbouw

Deze pagina is gewijzigd op 22 december 2022