900 – 1248 na Chr.
Gouwen zijn halverwege de 8e eeuw ingevoerd. Het was een manier om het grote Frankische Rijk te besturen. Een gouw had een dingplaats met een gouwgraaf.
Het huidige Kromme Rijngebied valt in eerste instantie grotendeels onder Dorestad, dat op de huidige plek van Wijk bij Duurstede lag. Dorestad was meer dan alleen een handelsplaats. Ook het agrarische gebied viel grotendeels onder de landstreek Dorestad en was van belang voor de voedselvoorziening.1 Dit landelijke gebied liep van Wijk bij Duurstede tot in ’t Goy. Op diverse plaatsen waren nederzettingen, waar boeren voor voedsel zorgden.
Het gouw opgooi was de opvolger van de landstreek Dorestad
Het uiterste noordwesten van Houten viel onder het gouw Niftarlake. Schalkwijk was een onbegaanbaar moeras. Honswijk en Tull en ’t Waal vielen onder het gouw Lek en IJssel.
Ontstaan Opgooi
Na de val van Dorestad en het vertrek van de Noormannen, grijpen Friese rijksgraven de macht. Enkele van hun nazaten vestigen zich in Upgoa (’t Goy). Upgoa betekent ‘hoger gelegen gouw‘. Het was een relatief hoog gelegen gebied op afstand van de onveilige rivier, waar altijd nog de dreiging van de Noormannen aanwezig was.
In een oorkonde wordt rond 900 de naam Upgoa genoemd.2 In dit gouw ontstaat rond het jaar 935 het mottekasteel Ten Goye.
De eerste schriftelijke vermelding van het gouw Opgooi is uit het jaar 1000 – 1002, maar zoals gezegd werd een eeuw eerder al Upgoa genoemd.3 Het was een gouw waar veel kerkelijke bezittingen waren te vinden. Het kerkelijk centrum van Opgooi lag in Haltna (Houten). Wijk bij Duurstede valt vanaf die periode niet meer onder Opgooi.
Bisschop keert terug naar Utrecht
Tussen 925 en 929 keert de bisschop terug uit Deventer naar Utrecht. Het kerkelijk systeem met nu ook de kapittels worden opgebouwd. Voor Koning Otto I zijn de lokale machthebbers een doorn in het oog. Hij brengt halverwege de 10e eeuw geleidelijk de macht terug naar de bisschop in Utrecht. Zo worden veel rijksgraven omgevormd tot bisschopsgraaf. Dit doet hij door de bisschop tussen de graven en hem in te positioneren.
Op verschillende locaties ontstaan boerderijen (Vroonhof) met huisjes van onvrije arbeiders. De Loerickerhofstee is een zo’n vermoedelijke boerderij. Vanuit een dergelijke vroonhof werd een deel van de oogst afgedragen aan de kapittels (een bestuursorde die onder de bisschop viel). In Houten had in de 10e eeuw het Kapittel van Oudmunster het voor het zeggen.
Gouw wordt graafschap wordt gerecht
In de elfde eeuw verdwijnt de naam gouw en worden dit graafschappen genoemd. De Heer van Goye behoudt daarbij de hogere en lagere rechtsmacht over de graafschappen Opgooi, Utrecht en Lek en IJssel. Zijn rijkdom uit zich in kasteel dat in het huidige Goysedorp staat.
In 1122 wordt de grafelijke titel van Ten Goye afgepakt, nadat de soldaten van Ten Goye slaags raakten met het leger van de Keizer. De nakomelingen blijven zich wel graaf noemen. Vanaf 1220 nemen bisschoppelijke ambtenaren (ministerialen) de taken van de bisschopsgraaf over. Bij het graafschap Opgooi gebeurde dit in 1248.4 Het is het laatste graafschap van Het Sticht dat verdwijnt. Vanaf dat moment is er sprake van het gerecht ’t Goy en Houten.
De heer van Goye blijft wel een edelman en houdt belangrijke functies als burggraaf en maarschalk, waarbij hij hand-en-spandiensten voor de bisschop van Utrecht uitoefent. In 1305 verliest de Heer van Goye de hogere rechtsmacht aan de bisschop van Utrecht.
Noten
- Dorestad onthuld – Luit van der Tuuk ↩︎
- ’t Goy door de eeuwen heen – P.M. Heimink Liesert en L.M.J. de Keijzer. (1966) ↩︎
- Het Kromme Rijngebied in de Middeleeuwen – Dr. C. Dekker (1983) ↩︎
- Adel en ridderschap in Utrecht (2023) – Renger E. de Bruin ↩︎
Deze pagina is gewijzigd op 9 juni 2025