Haltna

Haltna – Houten

Haltna is ontstaan rond de resten van een stenen hoofdgebouw van een Romeinse villa. Deze villa is in 1957 gevonden op de Burgemeester Wallerweg. Het gebied lag hoger dan de omgeving. Haltna betekent vermoedelijk plaats in het bos. Door de Franken werd hier een kerkje1 gebouwd. Pas vanaf dat moment was sprake van een dorp met een naam.

Ontstaan Haltna rond 695

Wanneer de kerk precies is gesticht is niet bekend. Het is heel goed mogelijk dat de missionaris Suidbert tussen 693 en 698 ook in onze regio een kerkje stichtte, zoals hij in die tijd in de Betuwe deed. Met het stichten van een kerkje, werd Houten officieel een dorpje.

Lang zal dit kerkje in elk geval niet hebben bestaan. Bekend is dat de Friezen de Christelijke kerken rond 716 in Dorestad hebben vernietigd,2 maar ook elders in de regio is dat ongetwijfeld het geval geweest. Wel kreeg Haltna vanaf ergens na 719 opnieuw een kerk. In dat jaar werden de Friezen definitief verdreven uit onze regio.

Deze moet er uiterlijk in het jaar 739 al zijn geweest. Historicus K. van Vliet schrijft namelijk in zijn standaardwerk ‘In kringen van Kanunniken. Munsters en kapittels in het bisdom Utrecht 695-1227 dat er ten tijde van Willibrord al een kerk in Houten is. Hetgeen betekent dat Houten voor 739 als dorp al bestaat.

Tenslotte schenkt Bonifatius twee relikwieën aan de kerk van Houten.3 Gezien de overlijdensdatum van Bonifatius heeft Houten dus voor het jaar 754 zeker een kerk.

Frankisch belang

De Franken hadden belang bij het stichten van een kerk. Naast het ideaal om het Christendom in te voeren, zagen ze het ook als een systeem om aan inkomsten te komen. Het zou ook niet lang meer duren voordat het feodale stelsel wordt ingevoerd, waarbij de kerk een rol heeft.

Schriftelijke bronnen over het stichten van deze kerk en dus het ontstaan van Haltna zijn er niet. Maar de eerste keer dat Haltna wordt genoemd is in een 9e eeuwse goederenlijst (opgesteld tussen 885 en 896). Hierin staan de bezittingen van de bisschop beschreven van voor het Noormannentijdperk. Andere plaatsen die worden genoemd zijn Loerik en Tuur.

Vanuit Haltna liepen de wegen verschillende kanten uit. In de 10e eeuw verdwijnt deels het bos en ontstaan steens meer akkerlanden. Haltna is wordt in die tijd ook genoemd onder de namen Haltnon, Altene, Halten en Hauten. In 1252 spreekt men over villis Halten. Na 1261 over Houten.4

De Brink wordt in 1316 voor het eerst vermeld, maar is dan al ouder. Deze strekt zich uit over een grote gebied dan het huidige Plein. Lees hier meer over het het dorp Houten.


Noten

  1. De eerste kerk kan ook een kruisbeeld aan een boom zijn, waar in de open lucht werd samengekomen. ↩︎
  2. Bonifatitus bezocht Dorestad in 716. Zijn biograaf meldde de vernietiging van de kerken. Zie ook Noormannen in het Rivierenland – Luit van der Tuuk (2009). ↩︎
  3. De kerk van Herlulf – Leen de Keijzer (1995) ↩︎
  4. RAZU – toegang 61- inv 20, Regesten betreffende ’t Goy en Houten, 1200-1499 – M. Kemp ↩︎

Deze pagina is gewijzigd op 14 juni 2025