17e eeuw

– Houten

De 17e eeuw was een koude eeuw. Alleen tussen 1625 en 1650 waren de winters iets milder. Het is de eeuw waarop de rijke stedelingen de macht gaan uitoefenen op het platteland. Vrijwel de hele eeuw is er oorlog. De eerste helft met de Spanjaarden, de tweede helft met de Fransen.

1600 – 1609

De Reformatie is rond de eeuwwisseling nog niet geheel doorgedrongen op het platteland. Het is de tijd van verwarring. Er is een gebrek aan predikanten en in de kleine dorpen wordt de afwezigheid ervan getolereerd. Geleidelijk aan verdwijnen de katholieke gelovigen naar schuilkerken. Deze worden bediend door rondtrekkende priesters die illegaal hun werk doen. In Schalkwijk (1609) en Tull en ’t Waal (1610) verschijnen predikanten.

Op 3 januari 1602 wordt Holland opgeschrikt door een aardbeving. De pest is met de eeuwwisseling aanwezig en op het platteland van Utrecht wordt een hoge tol betaald. Deze golf duurt tot 1605.

Predikant Floris Gerritsz van Es ziet in september 1602 hoe Jan Laurensz van Everdingen en Jan van Cothen de persoon ‘schele Jan Daems’ vastgebonden aan zijn voeten met een touw uit het huis van de buren slepen en aan een disselboom koppelen. Eduwaert van Hemert zegt dit ook te hebben gezien.1

1610 – 1619

Tussen 1613 en 1617 is er opnieuw een grote pestuitbraak in de stad Utrecht. De Spaanse legers in het zuiden zijn deze jaren minder actief. De rijkdom uit Holland van het land bereikt Houten. Ook Amsterdammers bezitten land in Houten.

– Houten
Hollandt comitatus Utricht door Gerardum Mercatorem (1613)

1620 – 1629

In het dorp wordt herberg de Roskam gebouwd, een indrukwekkend gebouw. De weg van Utrecht naar Culemborg en de weg van Utrecht naar Beusichem worden een zandpad, zodat ze ook in de winter begaanbaar zijn. De adel koopt gerechten, waardoor ze hun aanzien vergroten. In 1624 vindt er een dijkdoorbraak plaats bij ’t Waal. Deze doorbraak zet delen van Holland onder water. Er is in deze periode regelmatig dreiging door diverse legers die de Republiek bedreigen. Maar deze dreiging is vooral op Amsterdam en Holland gericht en wordt geleidelijk aan minder.

1630 – 1639

Tussen 1624 en 1638 is de pest weer aanwezig in de stad Utrecht. In 1636 is deze zo hevig dat ook het platteland regels krijgt. Een dijkdoorbraak is er in 1638. Opnieuw is er veel schade.

– Houten
Willem Janszoon Blaeu, 1630, Rijksmuseum. Deze kaart is niet waarheidsgetrouw.

1640 – 1649

In de nacht van 4 op 5 januari 1640 wordt Aken getroffen door een aardbeving, die hier wordt gevoeld. In 1645 wordt het jachtslot Heemstede gebouwd. In 1648 eindigt een periode van tachtig jaar oorlog met de Spanjaarden.

1650 – 1659

In 1650 begint het tweede dieptepunt van de Kleine IJstijd. De winters zijn tot het eind van de eeuw erg koud. De schuilkerk van Jhr Ram in kasteel Schalkwijk wordt in 1651 bestormd. De katholieken wijken uit naar een boerderij. Profeet Johan Rothe duikt op in Oud-Wulven. In 1658 is er een enorm hoogwater in De Lek. Tussen 1655 en 1668 heerst de pest in de stad Utrecht.

1660 – 1669

1670 – 1679

In 1672 breekt er oorlog uit en de Fransen bereiken Utrecht. In Houten worden 250 Franse soldaten ingekwartierd. In augustus 1673 plunderen ze de regio. In 1674 moeten de kerken het weer ontgelden als een noodweer over de regio trekt. Vooral de kerken van Houten en Honswijk worden getroffen. De kerk van Houten wordt gerepareerd.

1680 – 1689

Diederick van Veldhuysen knapt kasteel Heemstede en de bijhorende tuinen op.

1690 – 1699

De eeuw eindigt met een relatief rustige periode. Er is wel constant dreiging van oorlog, maar de veldslagen vinden op grote afstand plaats. Op 18 september 1692 wordt in Houten de aardbeving gevoeld die Verviers treft.

< 16e eeuw – 17e eeuw  – 18e eeuw >


Noten

  1. RAZU – toegang 61- inv 22, Regesten betreffende ’t Goy en Houten, 1600-1751 – M. Kemp  ↩︎

Deze pagina is gewijzigd op 7 juni 2025