Vanaf het moment dat de Lek bedijking krijgt (vanaf 1080), komt er een beetje veiligheid voor de regio. De landerijen van Houten en ’t Goy krijgen daardoor niet meer met jaarlijkse wateroverlast in het voorjaar te maken. Maar de dijken kunnen niet al het hoogwater weerstaan en zo af en toe breekt de Lekdijk door. Soms is de overlast zo groot, dat Schalkwijk in een groot meer verandert en het water na een tijdje Leiden of Amsterdam bereikte.
Inhoud
De 33 kilometer lange Bovendamse dijk tussen Amerongen en Vreeswijk was een problematische dijk. Deze ligt op slappe veenachtige ondergrond en heeft voortdurend te kampen met verzakkingen.
Het is de zwaarste rivierdijk van alle Nederlandse rivierdijken en er wordt voortdurend aan gewerkt. De dijk is van groot belang, omdat achter de dijk sprake is van een flink hoogteverschil. Door inklinking van de veengrond wordt dit verschil alleen maar groter.
Bij een dijkdoorbraak ontstond een gat in de bodem van het dijklichaam dat behoorlijk diep was. Dit noemt men een wiel. Het rivierwater stroomde vervolgens in snel tempo naar de lager gelegen gebieden van Holland en Utrecht. Na het dichten van de dijk werd een nieuwe dijk aangelegd, zodat het wiel binnendijks viel.
Dijkdoorbraak Lekdijk vaak op dezelfde plaats
De Lekdijk ligt op een waterdichte kleilaag. Wanneer het water in de rivier stijgt, zorgt de kleilaag voor een ideale waterkering. Dit wordt kritisch op het moment dat de rivier een zandbaan in de bodem kruist. Dijkdoorbraken vinden dan ook bij voorkeur plaats op locaties waar zandbanen in de ondergrond zitten. Of te wel stroomgordels van oude rivieren.
Bij het Oudslijkerveer (’t Waal) is dat het geval, omdat de Vuijlcopstroomrug hier de Lek raakt. Bij De Heul (Schalkwijk) gaat het om de Honswijk en Zouwe stroomrug. De bodem bevat op deze locaties minder zware klei en zand.
Het kwelwater gaat via de watervoerende ondergrondse zandbaan naar het lager gelegen gat. Dit proces gaat uiteindelijk zo snel, dat ook het zand onder de dijk wordt meegevoerd en de dijk het begeeft. Piping heet dit in waterbouwkundige termen.

Dijkdoorbraak Lekdijk 12e eeuw
Overstromingen vinden plaats in 1173 en 1183.1 Delen van Holland en het Sticht komen daarbij onder water. In 1173 vindt een dijkdoorbraak plaats op 10 mei. Het rivierwater stroomt over de velden en blijft drie dagen staan, waarna het zakt. De oorzaak is een grote hoeveelheid smeltwater in combinatie met een storm. Toen in 1233 (en/of12302) opnieuw overstromingen plaatsvonden en het Lekwater de stad Leiden bereikte, werd besloten tot dijkverzwaring.
Dijkdoorbraak Lekdijk 1277
Aan het begin van dit jaar breekt de dijk door op de plek waar tegenwoordig het stuw van Amerongen is gelegen. Het water bereikt Holland en graaf Floris V van Holland neemt maatregelen om delen van Holland beter te beschermen.3
Dijkdoorbraak Lekdijk 1374
In januari en februari is het drie keer extreem hoog water. Het gaat om de allerhoogste waterstand van de laatste 8000 jaar. De dijk lijkt te laag en breekt door. Holland staat deels blank. Van Utrecht naar Den Haag wordt over de weilanden gevaren met schepen.4 Er zou sprake zijn geweest van minimaal twee doorbraken nabij De Heul. Otto van Schonauwen heeft deze dicht gemaakt.
Lees meer over de dijkdoorbraak van 1374
Dijkdoorbraak Lekdijk 1496
De Rijn bevriest na drie dagen hevige vorst. Op 17 februari slaat de dooi toe en van Keulen tot aan de Noordzee vinden overstromingen plaats. De Lekdijk breekt op 20 februari op twee plaatsen: bij ’t Waal en bij het veer van Beusichem. Ook de zuidelijke Lekdijk breekt door. De stad Utrecht legt snel dammen aan bij de Tolsteegpoort. Schalkwijk loopt onder water. Bij de dijk ontstaat een wiel, dat nu nog zichtbaar is.
Dijkdoorbraak Lekdijk 1523
Op 5 januari om 5 uur ’s ochtends breekt ten zuiden van De Heul (ter hoogte van de huidige boerderij Bothol) de dijk door. Schalkwijk, Houten, Vreeswijk, Jutphaas komen onder water te staan. Een gezin met vijf kinderen komt om het leven. Vee in Schalkwijk verdrinkt.
Het Lekwater bereikt Leiden. Ook de werven en kelders in Utrecht lopen onder. Op het land ligt plaatselijk de modder tot kniehoogte. De Schalkwijkse wetering slibt dicht en moet worden uitgegraven. Na deze overstromingen worden dijkmetingen ingevoerd. Het wiel bij boerderij Bothol is gedempt.
Dijkdoorbraak Lekdijk 1624
Door kruiend ijs bij ’t Waal kan op 11 januari (1 januari oude datering) het rivierwater niet meer verder. Er volgt op dezelfde plek als in 1496 een doorbraak. Het water stroomt direct door naar Jutphaas. Grote delen van Holland lopen onder. Het water bereikt bijna Leiden en Delft. Mensen en vee verdrinken. Een stroom vluchtelingen komt op gang. Pas twee weken later dicht men de dijk. Op de plek van de doorbraak ontstaat een tweede wiel. Beide wielen zijn binnendijks te zien.
Lees meer over de dijkdoorbraak van 1624
Dijkdoorbraak Lekdijk 1638
Op 6 januari breekt ter noorden van de Heul (Bij boerderij Eersbil) de Lekdijk door na zware ijsgang.5 De dijk is op twee plaatsen vlak naast elkaar doorgebroken.6 Landerijen lopen onder water en er is grote schade. Utrecht en Holland krijgen weer met wateroverlast te maken.
Dijkdoorbraak Lekdijk 1747
In het jaar 1730 is er een uitbraak van paalworm, waardoor de sterkte van de dijken wordt bedreigd. Er breekt paniek uit en dit wordt door sommigen gezien als een straf van God.7
Op 28 februari 1747 breekt de Lekdijk bij Wijk bij Duurstede door. Het water stroomt naar Cothen, Langbroek, Schalkwijk, Honswijk en ’t Waal. Via de Kromme Rijn worden Werkhoven, Odijk, Bunnik en Vechten bereikt. Enkele dagen later stromen ook Abstede, Oudwijk, Blauwkapel, Maarsseveen, Westbroek en Tienhoven onder.
Via de Schalkwijksewetering stroomt het water naar de lagere delen van Houten, Galecop, de Meern, Woerden en Kockengen. Vooral de Vecht voert het water af richting Muiden. Doordat het water langzaam stijgt, is iedereen gealarmeerd en kan vee tijdig worden geëvacueerd. Op 14 maart daalt het water in de Lek dusdanig, dat er geen nieuwe Lekwater meer door het gat in de dijk stroomt. Eind maart is het gat gedicht met een nooddijk.
De schade in Schalkwijk is groot. De Schalkwijksewetering is dichtgeslibd en boerderijen, waaronder de schuilkerk zijn beschadigd.
Lees meer over de dijkdoorbraak van 1747
Dijkdoorsteking en dijkdoorbraak
Naast de dijkdoorbraken vonden er vanwege geschillen of oorlogen ook dijkdoorsteking plaats. Dit gebeurt in 1403 (oorlog), 1430 en 1482 (Tweede Utrechtse Burgeroorlog). Later vinden dijkdoorstekingen bij Vreeswijk plaats. Dit levert onderstaand overzicht op
1080 | Aanleg Lekdijk |
1140 | Lekdijk volledig bedijkt |
10 mei 1173 | Overstroming Lekdijk |
1183 | Overstroming Lekdijk (onzeker) |
1233 | Dijkdoorbraak Lekdijk (exact jaartal onbekend) |
1277 | Doorbraak ter hoogte huidige stuw Amerongen |
1321 | Doorbraak Vreeswijk 1 |
1322 | Doorbraak Vreeswijk 2 |
1322 | Doorbraak Vreeswijk 3 |
1374 | Doorbraak Lekdijk De Heul |
1430 | Dijkdoorsteking Steenwaard |
1 januari 1482 | Dijkdoorsteking ’t Waal |
20 februari 1496 | Dijkdoorbraak Lekdijk na bevriezing |
5 januari 1523 | Dijkdoorbraak Lekdijk Schalkwijk |
juni 1585 | Vaartsche Rijn wordt onder water gezet8 |
1 januari 1624 | Dijkdoorbraak Lekdijk na kruiend ijs ’t Waal |
25 februari 1624 | Nieuwe ringdijk breekt door |
1629 | Inundatie door dijkdoorsteking bij Amerongen, Wijk bij Duurstede en Vreeswijk |
6 januari 1638 | Doorbraak De Heul |
1672 | Dijkdoorsteking Vreeswijk |
28 februari 1747 | Dijkdoorbraak Lekdijk Wijk bij Duurstede |
12 september 1787 | Sluizen geopend bij Vreeswijk |
In sommige bronnen is er sprake van een andere datum. Dit komt omdat in het jaar 1700 de huidige kalender in de regio Utrecht werd ingevoerd. Bovenstaande data zijn zoals de bewoners toen gebruikten.
Noten
- Schalkwijk, de geschiedenis van een Stichts dorp – P.M. Heimink Liesert (1979) ↩︎
- Buisman plaatst de grote overstroming bij voorkeur in 1233, maar het is ook mogelijk dat in beide jaren er een overstroming was. ↩︎
- Het Kromme-Rijngebied, 2011-4 – Ad van Bemmel. (2011) ↩︎
- J. Buisman – Duizend jaar weer, wind en water in de lage landen – deel 2 ↩︎
- W. Thoomes – Boerengemeenschap Tull en t Waal in de 17e en 18e eeuw (2012) ↩︎
- A. van Bemmel – De Lekdijk van Amerongen naar Vreeswijk – 2009 ↩︎
- Adel en ridderschap in Utrecht (2023) – Renger E. de Bruin ↩︎
- Een voorloper van de Hollandse Waterlinie, Siety Meijer – Cronyck de Geyn 45-2 (2023) ↩︎
Deze pagina is gewijzigd op 5 juni 2025